o of oo  

terug


  

Een oefening van de virtuele klas.

1. In dat bs staat een erg oude bm.

2. De jurk van haar pp is rd.

3. In de km van de bakker zit rm.

4. Ik hr de klk van de kerk twaalf uur slaan.

5. Mijn m rkt steeds een sigaret na het eten. Dat vind ik echt niet leuk!

6. De zn scheen op mijn hfd.

7. In de ds zit de tl van Jan.

8. De hnd van mijn tante knaagt aan een bt.

9. De bze wlf rent dr het bs.

10. De prt van het kasteel is op slt.

11. Dr de strm viel de hge bm m.

12. Ik kleur de kp met mijn ptld.

13. In de tp van die bm zit een mus.

14. Bij de slager kpt papa lekkere wrst.

15. Ik km mrgen naar je nieuwe bt kijken.