terug

 

 

 

De sneeuwman

 

Hij stond daar, stil stijf en strak,

hij stond daar heel op zijn gemak,

hij keek niet op, hij keek niet rond,

hij hield zijn pijpje in zijn mond.

 

Toen kwam de zon, die zag hem aan en zei :

 

“Blijf daar niet zo stokstijf staan.

‘k Begrijp niet dat je daarvan houdt.

Ik warm je wat, je bent zo koud!”

 

Maar ach, toen smolt die dikke heer

en niemand zag die man ooit weer!

 

 

 

terug