Huiswerk 24 februari 2011 - naam: _______________________ nummer: _____
School met de Bijbel Den Akker – Tweede leerjaar
40 : 4 = 24 : 4 = 25 + …… = 100
12 : 4 = 28 : 4 =
79 + …… = 100
20 : 4 = 0 : 4 =
33 + …… =
100 6 x 6 =
4 : 4 = 16 : 4 = 85 + …… =
100 3 x 3=
36 : 4 = 32 : 4 = 80 + …… =
100 7 x 7 =
Vul het juiste woord in!
zeggen – zegen? We bidden de Here God om een ______________
leggen – legen? De kippen ______________ eieren.
mannen – manen? Dat paard heeft lange ____________
ladder – lader? De verver zet de ______________ tegen de gevel.
takken – taken? Piet moet nog twee _________________ afwerken.
potten – poten? Papa zet de ____________________ op het aanrecht.
padden - paden? Kikkers lijken erg op _______________________
zakken - zaken? In die jas zijn er vier _________________________
tellen - telen? Kan jij al tot tweehonderd ________________________ ?
torren - toren? Durf jij op die hoge _____________________ te gaan?
stokken - stoken? Sla nooit in het rond met ______________________ !
stallen - stalen? Dieren zitten vaak in ___________________________
Het aanrecht in de keuken
Niet vergeten: tanden poetsen! Iedere avond voor het slapen gaan.
’s Morgens voor je naar school vertrekt, als je de tijd vindt, mag het ook altijd!